Hallo, wij zijn Ravi Breugom en Mar

Hallo, wij zijn Ravi Breugom en Marinde van der Slot.

Wij gaan van Nederland een kruistocht maken naar Jeruzalem. We komen langs Parijs en gaan lopend helemaal naar het Zuid-Oosten en wachten daar op de boot. We moeten nog een nacht overnachten, omdat de boot er nog niet is en de volgende ochtend pas aankomt. Die nacht komen we heel veel enge en rare beestjes ons bezoeken. We zagen een heel lang, eng beest tegen. We wisten alleen niet wat het was, maar het bleek wel giftig en dodelijk te zijn. Wij hadden geiten bij ons en één van die geiten werd opgegeten door de enge beest. Die ochtend was de boot aangekomen. De vaart op het water was echt heel erg mooi. We kwamen nog veel meer mensen tegen op de boot. We kwamen langs een eilandje van Italië. We weten alleen niet hoe dat eilandje heet. Verder kwamen we nog lans Griekenland. We gingen zigzaggend door de eilandje heen van Griekenland. Er waren mensen op die eilandjes en ze zwaaiden naar ons. Ze wisten dat wij van de Kruistocht zijn, want wij hadden een hele grote kruis op de boot vast zitten. Nog een kleinere kruis bij ons. En een kleine kruis op onze kleding. We moeten nog een nacht op de boot slapen, anders was het te vermoeiend om nog zo'n eind te lopen. De volgende ochtend gingen we langs de kust van Turkije. Daar zijn ook allemaal van die kleine eilandjes. We botsten bijna tegen zo'n eilandje aan, dus we moesten heel snel de roer omgooien. Het ging nog maar net goed. De schipper zei:' we zijn er ongeveer over 2 á 3 uur.' Wij vonden het heel fijn, want we werden een beetje zeeziek en we begonnen ons te vervelen. Aangekomen in Israël moeten we nog een lang stuk lopen om in Jeruzalem te komen. In Jeruzalem gaan we naar de geboorte en begraafplaats van Jezus. Bij de geboorteplaats van Jezus valt er weinig te zien. De stal staat er nog wel waar hij geboren is. De begraafplaats waar hij ligt is een grote plaats met keien/stenen. Toen we klaar waren zijn we dezelfde weg terug gegaan.

Resultaten (Latijn) 1:

Salve sumus Ravi Breugom et Marinde van der Slot. Proficiscimur ad curiam facere Belgio crusade to Jerusalem. Transeamus usque ad meridiem ire neque sectemini Paridis orientis et fortunam navi. Restat ut manerent, quia navis non essent et mane pervenit. Ridiculum animalia multum FORMIDULOSUS et Noctem illam visitare. Fulvis vidit diu, FORMIDULOSUS bestia contra. Ignorabant enim quid esset non modo, sed deprehensi sunt noxia cupiunt et mortifera. Et pilos caprarum nobiscum habuimus FORMIDULOSUS comedent bestiae. Mane venisset in navi. Aqua in altum valde nice. Venimus multum de navicula turbas. Paruam insulam conpulsus Transivimus per Italiam conlocaret. Hoc nescis modo insula vocabatur. Praeterea essemus princeps lancea Graecia. Transivimus per insulam evagantibus zigzagging ex Graecia remissus. Qui postquam levaverunt ea nos insulas habebam. Sciebant nos crusade quia habuit magnum cruce adhæsit in navi. Aliud minus, crucis nobis. Vestes et cruce parva. Restat nocte dormiunt in navicula erant alioquin adhuc ambulare infatigabiliter finalis. Itaque postero die venimus oram Graecia. Sunt illae omnes insulas. Concursu paene tam parva insula fuit, ut galeam retro celeriter habuimus. Fuit iustus okay. Auidissime: 'Nos in II de III horas. " Plurimum dilexit nos, et nos coepi paulo nauseo adepto terebravisse. Pervenientes Israhel in Hierusalem ut longo tractu ambulare habemus. Et itur ad sepulcrum in Jerusalem nati Iesu. Jesus parum patriam viderem. Unde originem duxerat hodieque horreum. Caemeterium ubi iacet est a magnus loco cum saxa / lapides. Cum agitur, similiter reversus.